Voor deze wintereditie ben ik op zoek gegaan naar spinnen, want welk diertje zie je nou vaker in de winter dan spinnen? Wanneer het buiten kouder wordt, kunnen spinnen moeilijker overleven en trekken ze massaal naar onze gebouwen. Velen gaan naar binnen en sommigen vinden warmte in de voegen van muren. Ook de bekende ‘wielwebspinnen’, waartoe ook de kruisspin behoort, worden veel gezien in de winter, maar ze blijven meestal langer buiten.

Voor de Schik heb ik echter niet gekozen voor de kruisspin, maar voor zijn neefje: de ‘brugspin’. De brugspin neemt de afgelopen jaren in aantal toe. Hij staat al een aantal jaar op de derde plaats als meest getelde spin tijdens de nationale spinnentelling. Overigens staat de kruisspin op de eerste plaats.

Net als de kruisspin en andere wielwebspinnen maakt de brugspin een rond web, een wielvormig web dus, vandaar de naam ‘wielwebspinnen’.

De brugspin heeft ontdekt dat een lamp insecten aantrekt, en daarom behoren plekken in de buurt van lampen nu tot zijn favoriete plekjes. Hier bouwt de spin zijn wielvormige web. In het begin bouwt de spin het frame van niet-klevende draden, daarna spint hij kleverige draden, en tot slot legt hij een ‘signaaldraad’ neer. De spin gaat dan rustig zitten wachten tot er een prooi in zijn web vliegt.

Bij prooien heeft de spin drie opties. Kleine prooien worden direct opgegeten. De meeste spinnen zuigen hun prooi leeg nadat ze er verteringssap in hebben gespoten, maar de brugspinnen kauwen op hun prooi.

Als de prooi iets groter is, pakt de spin deze in een soort cocon van spinnenweb in om later te bewaren.

En als de prooi te groot of te gevaarlijk is, probeert de spin voorzichtig met zijn achterpootjes de prooi in te wikkelen. Als de prooi echter te gevaarlijk is, bijt de spin de draden door om de prooi zo te bevrijden.

De reden dat de brugspin zijn naam heeft gekregen, is het feit dat hij voornamelijk in de buurt van water te vinden is, zoals bij bruggen en gebouwen aan het water. Deze brugspin zat echter iets verder weg van het water, namelijk aan het rolluik op ons werk. Hoewel we een sloot en vijver op het bedrijventerrein hebben, staat ons gebouw niet direct aan het water. De spin bouwt overigens niet graag zijn web in struiken, in tegenstelling tot zijn neefje, de kruisspin. Gebouwen en constructies, bij voorkeur met een lamp in de buurt, hebben de voorkeur van de brugspin.